In deze coronatijden zijn er een aantal worden die veel voorkomen, zoals: quarantaine, virus en RIVM. Maar ook het woord ‘hamsteren’ hoor je erg vaak. Supermarkten draaien de afgelopen weken omzetten die onwaarschijnlijk hoog zijn. Dit gebeurt allemaal doordat we met z’n allen momenteel massaal aan het hamsteren zijn. Dit doen we uit angst. Maar waarom eigenlijk?
Dat is een goede vraag. Er is namelijk geen enkele reden om te gaan hamsteren, het heeft eerder zelfs negatieve effecten op onze samenleving. Zo is er soms minder eten beschikbaar voor de mensen die pas laat thuiskomen omdat ze de hele dag in de zorg hebben gewerkt. Dat zij door ons hamstergedrag zeer beperkte keuzemogelijkheden voor eten hebben is onnodig. Daarnaast moeten de fabrieken met een minimaal aantal werknemers super veel werk verrichten. Een negatieve term dus, dat hamsteren. Laten we dat eens omdraaien en ons van onze beste kant laten zien. Hoe? Simpel. Laten we allemaal gaan: koolmezen.
Koolmezen zijn op veel manieren het tegenovergestelde van hamsters. Ze vliegen en hebben veren, dat kunnen we van hamsters niet zeggen. Maar vooral qua eetgewoontes verschillen de beestjes als dag en nacht. Waar het bij hamsteren gaat om zoveel mogelijk eten voor jezelf binnen halen, gaat het bij koolmezen om de groep, zo bleek uit onderzoek. Zodra een koolmees merkt dat er minder eten beschikbaar is, past hij zijn eetpatroon aan. Het groepsgevoel zorgt ervoor dat niet één koolmees minder eet bij een tekort, maar elke koolmees dat doet. Zo kan de gehele populatie overleven. De koolmezen kijken naar elkaar en leren van elkaar, zo ontstaat er een stabiele groep. Maar waar is ons groepsgevoel, lieve hamsterende mensen?
Als mens kunnen we veel van de koolmezen leren. We mogen best een beetje rekening houden met de groep. Haal een normale hoeveelheid eten in huis, kies voor de gangbare manier. Op deze manier heeft iedereen genoeg en is iedereen tevreden. Een cultuur waarin we met elkaar rekening houden is wat we deze benarde tijden nodig hebben. Daarnaast kunnen wij ons ook aanpassen aan de hoeveelheid. Als er nog weinig hoeveelheden van een product beschikbaar zijn hoeven we niet alles mee te nemen, we kunnen ook denken aan een ander die het ongetwijfeld ook nodig heeft.
Wees geen hamster, wees een koolmees!
